Je bent zout!
Wie ben je? Je bent zout!
“Ik zout? Zout op. Ik ben smakeloos”, zeg je misschien.
In Gods ogen ben je niet smakeloos. Hij zegt niet zomaar in de Bijbel dat je zout bent.
“Jezus zei tegen zijn leerlingen: "Jullie zijn het zout voor de wereld.”” (Matteüs 5:13, BB)
In het Oude Testament moest zout in alle offers worden gebruikt, als teken van het verbond met God. Mannen droegen in een heuptas zout bij zich. Als ze een verbond aangingen, namen ze een beetje van hun zout en stopten dat in de tas van de ander. Door te schudden vermengde het zout zich. Een verbond werd daarmee vastgelegd.
Zout was tot in de 20e eeuw heel kostbaar. In diverse oorlogen werd zout gebruikt om soldaten uit te betalen.
Zout is kostbaar. Jij bent zout, vriend. Jij bent kostbaar! God verbindt Zich met jou.
Smaakvol mag je door het leven gaan. Je hoeft niet zout te worden, je bent al zout. Jezus heeft je vernieuwd. Hij bekleedt je met Zijn gerechtigheid. Die bekleding past je en zit niet te groot.
Zullen we samen God danken? “Heer, dank U dat U zich met ons wilt verbinden. Wat een wonder. We willen niets liever dan smaakvol door dit leven te gaan, dankzij Uw genade. We zijn U zo dankbaar! In Jezus’ naam, amen.”
